Elkaar aanvullen
Op school zit het kind in de klas met leeftijdgenoten. Er vinden allerlei andere activiteiten plaats dan thuis. Daarom zien leerkrachten soms heel andere dingen van een kind dan de ouders. Dit komt dan meestal ter sprake in een individueel gesprek op de ouderavond.
Leerkrachten kunnen bij ons terecht voor advies op het gebied van o.a. bewegen en leren. Als het specifiek over een kind gaat is het belangrijk dat de ouders zich eerst bij ons melden met hun hulpvraag. We geven enkele voorbeelden van onderwerpen waarbij we ondersteuning kunnen bieden:
Fijne motoriek
Een kind is al voordat het op school zit, bezig met het ontwikkelen van zijn fijne motoriek door bv. kleuren en scheuren. Op school worden deze vaardigheden nog verder ontwikkeld. Als een kind moeite heeft met bv. knippen, tekenen, plakken kan de kinderfysiotherapeut of ergotherapeut onderzoeken waarom dit moeilijk is en dit met het kind gaan oefenen. Ook kan het zijn dat het kind het vervelend vindt om lijm of verf aan zijn handen te hebben. We spreken dan van een tactiele (over-)gevoeligheid. De ergotherapeut kan helpen om dit te verminderen.
Vanaf groep 3 gaat het kind steeds meer schrijven en is een goede houding en penvatting van belang. Maar ook ruimtelijk inzicht en andere aspecten van de ‘visuele waarneming’ spelen een rol bij het leren lezen en schrijven. Soms past een andere leerstrategie beter of heeft een kind meer tijd of herhaling nodig.
Leerstrategie
Alle leerlingen zijn anders. De meesten zullen meekomen met de lesmethode die klassikaal gehanteerd wordt. Zeker met de invoering van passend onderwijs komt het steeds vaker voor dat een kind bij een bepaald vak een ander niveau heeft dan gemiddeld in de klas. Misschien is zelfs een andere leerstrategie meer passend. Binnen het onderwijs is hiervoor ondersteuning geregeld. Soms in de vorm van ambulante begeleiding, soms in de vorm van externe ondersteuning. Onze orthopedagoog/GZpsycholoog kan onderzoek doen naar de oorzaak van het probleem en hiervoor advies op maat geven. Indien nodig kan ook een diagnose gesteld worden. Het belangrijkste is echter dat het kind zich prettig voelt in de klas en vooruit kan met leren op zijn eigen manier, maar toch zoveel mogelijk in de setting van de klas.
Houding, meubilair en aanpassingen
Een goede zithouding is een basisvoorwaarde om goed te kunnen leren en te concentreren. Zo nodig kan de ergotherapeut hierin adviseren. Dat kan gaan om een andere maat of type tafel of stoel, maar ook bv een wig- of wiebelkussen. Soms is het bv nodig om een laptop aan te vragen voor een kind.
Gymles en spelen op het schoolplein
Als meedoen met de gymles lastig is voor een kind, kan de kinderfysiotherapeut onderzoeken waardoor dat komt en hierin adviezen geven. Zo kan het zijn dat een kind de aanrakingen van andere kinderen niet prettig vindt of het vervelend vindt dat het niet zo handig is als andere kinderen. Op de speelplaats kan het kind even iets heel anders doen dan in de klas. Als dit niet goed gaat kan dit verschillende oorzaken hebben. Dat kan een motorische beperking, overgewicht of sociale onhandigheid zijn, maar ook bijvoorbeeld dyspraxie of moeite met overzicht houden. Het is dan goed om te kijken waar dit aan ligt en hierin begeleiding te geven door de juiste professional, zodat het kind aansluiting kan blijven vinden bij zijn leeftijdgenoten.
Faalangst
Als faalangst het functioneren van een kind belemmert op school, biedt de orthopedagoog uitkomst. Dat een kind lekker in zijn vel zit is een belangrijke basis om nieuwe dingen te willen en kunnen leren. Oa het inzetten van bewegen kan hierbij op een leuke en dynamische manier bijdragen.